Ragnarok is een Noorse legende die gaat over de ondergang van de goden en het einde van de wereld. De Noorse godenschemering. Het is het thema van People Come, People Go, het lange nummer van de elpee Reality fills Fantasy.
Hans Ziech sprak in het interview voor de podcast Dwarstrekkers over de grote thema’s, de concepten die op de diverse vroegere albums gebruikt worden en noemde daarin het verhaal van Ragnarok. Het betekent het (nood)lot van de goden. De legende is onderdeel van de Noorse mythologie en gaat over de geschiedenis en ondergang van de goden. Het is het thema van People Come, People Go.
Als je je altijd al hebt afgevraagd waar toch die eerste strofen van People Come, People Go, met ‘Norwegian woman’, ‘the twilight of the Gods’ en ‘the wolf who’s growin’ strong’, over gaan, dan kun je die teksten na het lezen van de legende van Ragnarok vast beter plaatsen.
It has been told So many time Over and over again ‘Bout nights and days to come
Isn’t it time Norwegian woman You give to understand The twilight of the Gods
After all the frozen years Fire scorched the crystal gate The nightly god fights helplessly Against the wolf who’s growin’ strong Silence – all is lost The time will come that after all Sunshine feeds the brand new world
Volgens de legende begon het einde van de wereld met sneeuw en ijs. Een langdurige en vernietigende winter zou de aarde volledig bedekken onder lagen van ijs, sneeuw en duisternis. De mensheid zou deze ramp niet doorstaan: tijdens de sombere dagen die volgden op de hevige sneeuwstormen, zouden families uit elkaar vallen. In de chaos die daarop volgde, zouden de samenlevingen op aarde op dramatische wijze ten onder gaan.
Naast de ondergang van de menselijke beschaving, zou de kou ook leiden tot verwoestende rampen en zouden mythische wezens de situatie verder verslechteren. Wolven zouden zowel de zon als de maan verslinden, waardoor de wereld voorgoed in duisternis gehuld werd. Aardbevingen van ongekende kracht zouden de aarde treffen, terwijl de machtige wolf Fenrir zijn ketenen brak en de reuzenslang Jörmungandr uit de diepe oceanen tevoorschijn kwam, het land op, om het gevecht aan te gaan. Na het gevecht verdween de wereld uiteindelijk in zee, waarna het weer als nieuw boven de golven vandaan kwam.
Het is een verhaal over een strijd tussen orde en chaos, die voortdurend in elkaar overgaan. Chaos verslaat de kosmos, alleen om plaats te maken voor een nieuwe scheppingsorde. Door naar het verhaal van Ragnarok te luisteren, haalden de Vikingen moed uit het voorbeeld van “hun” goden en hielden ze vast aan de gedachte dat een heldhaftig leven hen eeuwige roem zou brengen. Voor de oude Noormannen betekenden de gebeurtenissen van Ragnarok dus niet zozeer het einde van alles, maar eerder een symbolische belofte van voortbestaan na de dood.
In de muziek werd de legende van Ragnarok in de 19e eeuw bekend door de Duitse componist Richard Wagner door Götterdämmerung (Twilight of the Gods), de laatste van zijn opera’s van Der Ring des Nibelungen.
In juni 2024 sprak Gert Oosterhuis (vroegere fanclubleider en huidige redacteur earthandfire.nl) met Hans Ziech, mede-oprichter en oud-bassist van Earth and Fire en Herman van Broekhoeven bassist van de Earth and Fire tribute-band Memories of Earth& Fire.
Herman, hoe ben je bij de muziek van Earth and Fire uitgekomen? “Earth and Fire is in mijn beleving nooit bij mij weggeweest. Die muziek zat er al op jonge leeftijd in. Was het niet via de radio, dan pikte ik wel lp’s van m’n oudere broer om op m’n eigen pick-up af te spelen. En als ik dan de beste albums vergat terug te leggen, dan vond m’n broer dat niet zo erg, want ik draaide in zijn ogen immers ‘de goede muziek’. Daar zat dan Earth and Fire, The Eagles en Bob Dylan en zo tussen. Als ik de platen daarna maar weer wel netjes teruglegde uiteraard (zegt Herman lachend). Concrete aanleiding voor het ontstaan van Memories of Earth&Fire was echter het moment dat ik met onze gitarist Conrad Hultermans bij een optreden van Focus was. Tussen de nummers door zei ik tegen hem: ‘Altijd als ik Focus hoor, moet ik ook aan Earth and Fire denken…’. Conrad begreep meteen wat ik bedoelde.
“Je moet wel van goeden huize komen om een klassieker als ‘Song of the marching children’ te kunnen spelen.”
Herman van Broekhoven
Nu wist ik al dat Conrad een hele goede gitarist is; zeer technisch onderlegd. Met hem hierover door filosoferende, over de gelijkenis tussen Focus en Earth and Fire, vroeg ik Conrad op enig moment wat hij ervan zou vinden om samen op zoek te gaan naar goede muzikanten. Om met elkaar muziek van Earth and Fire te gaan spelen. Dat idee sprak hem direct aan en zodoende gingen we aan de slag. Dat was ergens begin 2023. Nu is het vinden van muzikanten die de muziek van Earth and Fire kunnen spelen niet zo eenvoudig. Je moet wel van goeden huize komen om een klassieker als ‘Song of the marching children’ te kunnen spelen. Neem de drumpartijen. Er zijn genoeg drummers die een potje kunnen rammelen, maar om de muziek van Earth and Fire te kunnen spelen moet je wel blijven nadenken. De tempowisselingen, de onregelmatigheid qua opbouw van sfeer…, dat zet je niet zomaar even neer. En zo geldt dat ook voor het vinden van de juiste toetsenist. Om over het vinden van de juiste ‘Jerney’ maar te zwijgen. Jerney Kaagman had zo’n eigen geluid dat paste bij de sound van de band en ze was daarnaast ook zo’n mooie verschijning. Die unieke combinatie vind je niet snel nog eens. Via via kwam ik uiteindelijk terecht bij Nina Verharen. De enige informatie die ik vooraf meekreeg was dat ze zangdocent is en aan het conservatorium was afgestudeerd, maar verder kende ik haar nog niet. Tijdens onze ontmoeting vertelde ze dat ze het liedje ‘Weekend’ wel kende, maar ander repertoire niet. Op zich niet gek natuurlijk; op dat moment was Nina 24 en het is al zo’n 30 jaar geleden dat Earth and Fire zelf voor het laatst op het podium stond. Nadat ik Nina enkele links van muziek van Earth and Fire had doorgestuurd was ze snel om. Zo vond ze ‘Love of life’ meteen al geweldig. Ook al speelde ze zelf nog niet in eerder in een band; ze kreeg vanuit haar opleiding wel al het credo mee ‘als je ooit gaat zingen in een band, verzamel dan goede muzikanten om je heen’. Een mooie opsteker voor ons als band en met de komst van Nina was de bezetting daarmee ook rond. Sindsdien is de samenstelling constant gebleven. Een goed teken.”
Hans, hoe kijk jij naar de komst van Memories of Earth&Fire? Zie je het als een eerbetoon aan Earth and Fire en vind je het belangrijk dat deze muziek gespeeld blijft worden? “Een leuke ontwikkeling en knap tegelijkertijd. Knap, omdat ik de komst van Memories of Earth&Fire zie als een voortzetting van hoe wij de muziek ooit hebben bedoeld en hebben gebracht. Zoals de oorspronkelijke band een collectief van musici was, bestaat de legacy van Earth and Fire onder andere uit één of meerdere tribute-groepen. Het is er op dit moment één, maar er kunnen meer variaties zijn van bands die muziek van Earth and Fire spelen. Denk aan Loïs Lane, wat uitdrukkelijk geen tribute-band is, maar in een medley muziek van Earth and Fire op het podium covert. Of denk aan het theaterproject uit 2017 van Marieke Eelman (ex- Nilsson, red.), ‘Invitation to the sound of Jerney Kaagman and Earth&Fire’. Zij brachten een ode aan de muziek en geschiedenis van Earth and Fire. In elk geval beleef ik de verschillende uitingen als een eerbetoon aan onze muziek en aan de band van weleer. Het gaat uiteindelijk om de muziek en daarom waardeer ik zeer wat Memories of Earth&Fire momenteel neerzet. Onze gelederen zijn dan wel uitgedund, maar de mensen uit de band die er nog zijn en hun verwanten leven erg mee. Wat dat betreft hoop ik ook dat Memories of Earth&Fire het nog een tijdje volhoudt.” (Hans lacht).
“Bij ons draaide het, zeker in de eerste helft van de jaren ‘70, vooral om de muziek en de vrije improvisatie ervan. Iets wat nu juist een voordeel kan zijn bij een band als Memories of Earth&Fire.”
Hans Ziech
Herman merkt op dat dat laatste ook afhangt van hoe vaak ze kunnen spelen. Hans beaamt dit, maar stelt daar tegenover dat dit ook een kwestie is van daadwerkelijk volhouden. Hij licht toe: “De discipline om met tegenslag te leren omgaan is iets waar Earth and Fire zelf ook vaak genoeg tegenaan liep en gaandeweg leerden we van onze ervaringen. Op het moment dat de band geen boekingen meer kreeg, omdat men ergens had gelezen dat de band zou zijn gestopt of omdat Jerney weer eens solo was gegaan -een hardnekkige roddel dat om de zoveel tijd de kop opstak-, trokken de bandleden zich telkens weer aan elkaar op. In dat opzicht ga je ook wel met elkaar een soort verbond aan. Daarnaast is nu de tijd rijp voor tribute-bands. Kijk om je heen; er worden meerdere festivals georganiseerd, er zijn veel losse optredens van bands en ook een programma als ‘Battle of the bands’ draagt positief bij aan de opkomst van tribute-bands. Het voordeel van het spelen van de muziek van Earth and Fire is ook dat het bij ons veel meer om de muziek ging en veel minder om de show. Er is dus niets aan ons om na te kunnen doen. Earth and Fire moest het nooit van de show hebben, in tegenstelling tot bijvoorbeeld een band als de Golden Earring. Zíj brachten een rockshow, met een Cesar Zuiderwijk die over het drumstel heen sprong of een zeer bewegende Barry Hay of George Kooijmans. Bij ons ging het er toch veel ingetogener aan toe. Natuurlijk werkten wij wel met een mooie lichtshow en elementen als dia-projecties of hier en daar met een verdwaald rookbommetje, maar dat was vooral bedoeld als enig opsmuk omdat je daar als band nu eenmaal niet onderuit kwam. Bij ons draaide het, zeker in de eerste helft van de jaren ‘70, vooral om de muziek en de vrije improvisatie ervan. Iets wat nu juist een voordeel kan zijn bij een band als Memories of Earth&Fire. Dat ze de ruimte pakken om vrije interpretatie toe te passen op de composities van Earth and Fire. Ik zie die hele tribute opleving van de band trouwens, waaronder de zeven jaar geleden vertolkte uitvoeringen door Marieke Eelman en band, als doorlopende lijnen van het voortzetten van de muziek van Earth and Fire; al dan niet vrij geïnterpreteerd. Je zou zelfs kunnen stellen dat de laatste bezetting van Earth and Fire -de periode van 1987 tot en met 1995- waarin enkel de aanwezigheid van Jerney nog was te herleiden tot de oorspronkelijke samenstelling van de band, in zekere zin al een nieuwe interpretatie was van de oorspronkelijke muziek van Earth and Fire. Gekscherend spraken ingewijden toen al over de versie ‘Earth and Fire 2.0’. In elk geval kan onze muziek vandaag de dag nog steeds door meerdere muzikanten worden voortgezet. De interpretatie ervan staat daarbij geheel vrij, als het maar geen rotzooitje wordt.” Hij zegt daarna lachtend“Zou ook Chris Koerts hebben gezegd.”
Authenticiteit
Wat Memories of Earth&Fire wil nastreven is volgens Herman zo dicht mogelijk bij de originele muziek van Earth and Fire blijven. “Wij hebben voldoende kwaliteit en creativiteit in huis om -waar de ruimte dat in bepaalde stukken toelaat- eigen improvisatie toe te passen. Dat doen we dan ook. De authenticiteit van het geheel, de beleving, moet daarentegen wel voorop blijven staan. Maar zo geven we Conrad de ruimte om zijn gitaarsolo’s in enkele nummers wat meer Gothic-achtig te laten klinken. Zijn achtergrond als gitarist bij Meatallica (tribute-band van Metallica) hoor je er ook doorheen, wat een meer eigentijds effect toevoegt aan de oorspronkelijke sound van Earth and Fire. We krijgen daar veel positieve reacties op. Zelf geef ik ook de voorkeur aan het oudere werk van Earth and Fire. Dat had toch een rauw randje. Het latere werk (of producties van Earth and Fire nummers door anderen uitgevoerd) vind ik -pareltjes als ‘People come people go’ buiten beschouwing gelaten- al gauw wat gladjes klinken. In elk geval willen we niet alles tot achter de punt komma identiek spelen, zoals het ooit op de plaat is gezet. Tenslotte brengen we het materiaal live op het podium, dus er mag wat pit in zitten.”
Bestaansrecht
Herman is bij de start van Memories of Earth&Fire voor een groot deel op z’n gevoel afgegaan en peilde zo links en rechts in hoeverre er nog vraag was naar Earth and Fire. Herman zegt daarover: “Iets moet ook wel te verkopen zijn. Los van het plezier om de muziek van Earth and Fire te spelen, heb ik ook het gevoel dat er nog publiek voor is. Dat wordt wel bevestigd door bezoekers van de eerste optredens. Enerzijds publiek dat Earth and Fire daadwerkelijk nog heeft meegemaakt, maar we zien tussen het publiek ook veel jonge mensen die op deze muziek aanslaan. Dat zegt veel.”
“Er is dus in de buitenwereld blijkbaar nog steeds behoefte aan de muziek van Earth and Fire en het is mooi om te zien dat Herman en consorten daarop inspeelt.”
Hans Ziech
Hans vult aan: “Ontwikkelingen van buitenaf in de afgelopen 25 jaar hebben al laten zien dat er op enigerlei wijze nog steeds behoefte is aan -laat ik het zo formuleren- ‘het verschijnsel Earth and Fire’. Daarmee wil ik enkel zeggen dat nieuwe muziek van Earth and Fire decennialang niet aan de orde is geweest (het laatste album ‘Phoenix’ dateert uit 1989, red.), terwijl de groep zelf op de één of andere manier altijd tot de verbeelding is blijven spreken. Er verscheen in deze eeuw tot nu toe een DVD, een biografie, meerdere covers (denk aan MOSS, Wattmen, Jacco Gardner, Anneke van Giersbergen, Scooter, Loïs Lane, red.); er kwam in de theaters een ode aan Jerney Kaagman van het project ‘Girls wanna have fun’ (o.a. Frederique Spigt, Manuela Kemp, Bombitas, red.) en later een ode aan de gehele band door Marieke Eelman en band, in de vorm van de eerdergenoemde theaterproductie. Opvallend genoeg kwamen dit soort behoeftes nooit vanuit de band zelf, laat staan dat deze door ons werden geïnitieerd. Er is dus in de buitenwereld blijkbaar nog steeds behoefte aan de muziek van Earth and Fire en het is mooi om te zien dat Herman en consorten daarop inspeelt.”
Deze laatste uitspraak van Hans schept wellicht onbedoeld verwachtingen, waar Herman op aanslaat. Herman: “Kijk, ik neem Memories of Earth&Fire persoonlijk erg serieus en durf de lat voor mezelf best hoog te leggen. Echter, de eerlijkheid gebiedt ook om te zeggen dat wij allen naast de activiteiten van de band ook druk zijn met ander werk en enkelen van ons ook nog contractuele verplichtingen hebben naar andere bands. We hebben nu in het eerste jaar zes keer opgetreden, waarbij het laatste optreden op het hoofdpodium van het Big Rivers Festival onlangs, een doorslaand groot succes was. Dat was de eerste plek waar ook wij enorm blij werden verrast met een overvol plein. Er was zelfs een groot waarschuwingsbord met daarop de tekst ‘Let op! Het wordt rondom de Grote Kerk te druk!’. Wie had dat kunnen bedenken? En toch moeten we met beide voeten op de grond blijven staan en aan de bak. Als we in het volgende jaar wederom slechts zes optredens afvinken, dan redden we het niet. We moeten dus hier als collectief intensiever op inzetten wil het slagen, want het zou doodzonde zijn als het voor ons gevoel uitmondt in zijprojectjes. Gelukkig repeteren we vrij gedisciplineerd volgens een vooraf vastgestelde setlist en is er band-breed de behoefte om meters te maken. Dat is hoopvol.”
Hans, als je nu jong zou zijn, zou je dan dezelfde keuzes maken in de soort muziek, zoals jullie deze toentertijd maakten? “Mijn smaak wat betreft de tegenwoordige Nederlandse muziek gaat uit naar bands als Within Temptation en Nightwish, de band van Floor Jansen.” Herman kijkt hier helemaal niet van op: “Wat deze bands doen, zie ik als een voortzetting van hetgeen jullie in de jaren ’60 en ’70 al deden…”. Hans daarover: “Wat een band als Within Temptation presteert, dat is veel zwaarder aangezet dan wat wij bij Earth and Fire deden. Dat was vergeleken bij Within Temptation dan maar een tamme boel.”
Er ontstaat vervolgens een interessante discussie tussen Hans, Herman en Gert (gespreksleider) over hoe de muziek van Earth and Fire óók gespeeld zou kunnen worden. Herman stelt dat ze de kwaliteit in huis hebben om de muziek van Earth and Fire met veel meer omlijsting en bombast op het podium te kunnen brengen, of zelfs in Gothic stijl, en vraagt zich hardop af hoe dat dan zou klinken. Hans denkt dat dat in dit stadium niet door het publiek zou worden begrepen en dat Memories of Earth&Fire ook nog niet rijp is voor een dergelijke aanpak. De heren komen er nog niet echt uit. Herman en Gert hinten op een aanpak waarbij met het juiste repertoire een wijd bereik (en dito succes) op grootschalige Gothic festivals niet is uit te sluiten en Hans vermoedt dat een dergelijke uitvoering van de Earth and Fire muziek vooralsnog enkel voor een niche publiek zou zijn weggelegd. Hij verwijst naar een band als Epica, die in de Gothic scene redelijk bekend is, maar daar buiten juist veel minder. Maar Hans benadrukt dat er geen bezwaar is tegen een meer metal uitvoering van het Earth and Fire materiaal. Interpretatie is vrij! Herman wil nog wel kwijt dat hij voor dit stadium waarin de band verkeert, het belangrijk vindt dat de band er echt staat als een collectief en dat het bandgeluid opstuwend doorklinkt op het publiek. Het samenspel tussen de drums en bas is daarvoor grondslag en dus essentieel. Herman: “De vaart moet erin blijven en het mag geen setlist worden van voortkabbelende deuntjes.”
Basstijlen en composities
Hans, jouw rol binnen Earth and Fire was vooral het inbrengen van thema’s en het schrijven van teksten daarover. Was er altijd eerst de compositie en daarna de tekst? En als een melodie er was, legde je er dan daarna zelf een bas-lijn tegenaan of was dat een samenspel met de anderen? Hoe verloopt zo’n creatief proces eigenlijk? Hans: “De volgorde van componeren bij ons was eerst het laten ontstaan van een melodie en daarna het schrijven van teksten. Het ontstaan van een melodie begon bijna als vanzelfsprekend middels de gitaar of toetsen. Daarna ontstond er samenspel, onder andere door ondersteuning van de basgitaar en later drumroffels. En zo tast je als het ware meerdere klankkleuren af en ontstaat er langzaam een compositie.”
Er ontstaat vervolgens tussen Hans en Herman een korte dialoog over verschillende stijlen van spelen op een basgitaar. Hans staat stil bij de verschillen in stijl van de drie bassisten van Earth and Fire.
“Als tekstschrijver en conceptbedenker was ik veel meer in mijn element dan tijdens het bespelen van de basgitaar.”
Hans Ziech
“Ik speelde vanaf de oprichting in 1968 tot halverwege 1974 basgitaar bij de band. Mijn basstijl, van origine Rhythm & Blues, werd later geïnspireerd door Gerard Koerts, die basgitarist was geweest bij de eerste bezetting van Opus Gainfull; de voorloper van Earth and Fire. Met name bij de langere uitgesponnen thematische muziekstukken, was het basgeluid ondersteunend van aard en moest het niet zozeer de boventoon voeren. Dit in tegenstelling tot de kortere rocknummers uit de beginperiode uiteraard, die door de buitenwereld werden getypeerd als ‘underground’. Daarin had ik als bassist meer de vrije hand. Overigens, als tekstschrijver en conceptbedenker was ik veel meer in mijn element dan tijdens het bespelen van de basgitaar. Ik wilde op enig moment de muzikale doorontwikkeling van de muziek niet in de weg gaan zitten. Dat was niet in het belang van de band en zodoende nam Theo Hurts mijn plaats in. Vanaf dat moment kreeg ik meer vrijheid om me nog beter te richten op het uitwerken van onderwerpen en het schrijven van teksten voor de band. Dat heb ik gedaan tot en met het album ‘Andromeda girl’ uit 1981. De komst van Theo luidde een andere fase in. Door zijn stijl van de basgitaar bespelen en ook de inbreng van enkele composities van zijn hand, kreeg het geluid van Earth and Fire halverwege de jaren ’70 een veel meer funky inslag. Met name op het podium werd er geëxperimenteerd met jazzinvloeden (fusion), maar ook werden er akoestische, klassieke sets gespeeld. In 1978 kwam de derde bassist bij de band, Bert Ruiter. Hij bracht met zijn manier van basgitaar spelen en kijk op de ontwikkeling van de muziek, de band opnieuw in wederom een andere fase. Zijn stijl van spelen was veel meer die van een pompende bas; een geluid dat veel meer de boventoon voerde in de vanaf dat moment over het algemeen kortere, nieuwe nummers van de band.” (vanaf ‘Reality fills fantasy’, red.)
Herman herkent in zijn eigen manier van spelen op het podium dat ook hij graag een opstuwend ritme neerzet. Hans typeert de speelwijze van Herman als ‘prettig lekker druk’.
“Dat je zó kan componeren, dat élk akkoord, élk component in een bepaald stuk ertoe doet.”
Herman van Broekhoven
Over de opbouw van enkele composities van Earth and Fire wil Herman nog wel kwijt dat hij deze soms totaal niet kan volgen. Hij vervolgt: “Sommige stukken zijn zo ingewikkeld om te spelen, dan moet je echt blijven opletten. Dan schiet de muziek opeens door in een totaal ander akkoord, die voor mij dan op dat moment helemaal niet logisch in de oren klinkt. Op zulke gedeeltes in de muziek moet ik echt blijven oefenen. Het knappe van de structuur van de betreffende composities is ook, dat wanneer je dat specifieke akkoord vergeet te spelen of bij wijzen van spreken bewust even weglaat; dat dat muziekstuk over het geheel bezien dan ook niet langer overeind blijft. Dat vind ik dus echt een kunst. Dat je zó kan componeren, dat élk akkoord, élk component in een bepaald stuk ertoe doet. Dat het dus ook niet meer klinkt als je het weglaat. Het is me tijdens het spelen wel een aantal keer overkomen; dat ik iets vergat of opeens stopte met spelen. Dat de rest van de band je aankijkt van: ‘Hé, wat doe jij nou?’ (Herman lacht). Tegelijkertijd is dat het mooie van deze muziek. Ik vind het echt een uitdaging om het zo goed mogelijk te spelen. Kijk, funky nummers spelen is ook leuk, daar niet van, maar dat is meer repeterend een sterk ritmische stijl van spelen en gaan…”
Tenslotte Herman, wat vind je het lekkerste stuk om te bassen? “Het spelen van het begin van ‘Song of the marching children’, dat later ook weer terugkeert; daar krijg ik zelf telkens weer kippenvel van. Maar het is veel meer dan de bas uiteraard. Het is het geheel; de opbouw van het stuk, hoe we er als band staan. Zo onlangs ook bij het optreden in Gorinchem, toen was het meer dan kippenvel. Er speelde bij mij op dat moment privé het een en ander en dan krijgen andere emoties ook de overhand. Op een gegeven moment werd ik zó geraakt door de muziek en stond ik met tranen in m’n ogen te spelen. Dan voel je je tegelijkertijd ook zo gedragen door deze muziek, dat het je zelfs mogelijk maakt om zelf door te blijven spelen. Dat is zo groots.”
Het in het najaar 2024 te verschijnen fotoboek NIKO’S IKONS bevat veel nooit eerder gepubliceerde kleuren- en zwart-witfoto’s van Nederlandse en internationale popartiesten. Ze zijn met zorg geselecteerd uit het archief van fotograaf Niko Venneker en voorzien van begeleidende teksten in het Nederlands en Engels. Op de cover prijkt een bijzondere foto van Jerney Kaagman.
Fotograaf Niko Venneker portretteerde tussen 1969 en 1974 Nederlandse en internationale popartiesten ten behoeve van tijdschriften als Popfoto, Muziek Parade, Televizier – en platenhoezen. Hij kreeg vele bekende, beroemde en soms legendarische popmuziek IKONS voor zijn lens, zoals Albert West, Barry Gibb, Bintangs, Bonnie St. Claire, Country Joe, Creedence Clearwater Revival, Earth & Fire, Ekseption, Fleetwood Mac, George Baker Selection, Golden Earring, Jerney Kaagman, Jimmy Cliff, Jody Grind, John Mayall, Jose Feliciano, Mariska Veres, Robert Long, Shocking Blue, Supersister, Swinging Soul Machine, The Byrds, The Cats, The Motions, Unit Gloria en Zen.
Speciale kortingsactie
De uitgever Aldus Boek Compagnie heeft een speciale kortingsactie ter introductie van het te verschijnen boek. Wie het fotoboek NIKO’s IKONS (consumentenprijs € 29,99) uiterlijk 15 juli 2024 als pre-order bestelt, kan voor de speciale actieprijs van € 12,50 een afdruk (30 x 30 cm) naar keuze op hoogwaardig fotopapier aan de boekbestelling toevoegen: Jerney Kaagman (boekcoverfoto) / Earth and Fire / Supersister / Mariska Veres / The Cats ? Unit Gloria (met Robert Long).
Het fotoboek is exclusief verkrijgbaar in de webshop www.nikos-ikons.com. Als je foto-afdrukken wilt bestellen, let er dan bij je bestelling op dat je kiest voor het boek met een of meerdere foto-afdrukken. De bestelling staat standaard op ‘boek zonder fotoafdruk’.
Interview Niko Venneker
In 2022 zocht Fred Baggen Niko Venneker op en sprak uitgebreid met hem over de (n)ikonische hoesfoto die hij in 1970 maakte van Supersister, voor hun debuutelpee Present From Nancy. Die foto werd gemaakt op de Veluwe, kort na de grote brand die daar op 18 juni 1970 had gewoed. In het video-interview vertelt Niko hoe die foto tot stand kwam, aangevuld met archiefmateriaal uit de media en van research door Fred Baggen ten behoeve van de Supersister-biografie Looking Back, Naked. In de tweede helft van het interview komen ook andere door Niko gefotografeerde artiesten voorbij, o.a. Golden Earring en de hoesfoto van hun album On The Double, Swinging Soul Machine en de fotomontage voor hun elpeehoes Through The Eye, en Jerney Kaagman van Earth & Fire, gefotografeerd voor een modespecial in een boetiek.
In de loop der jaren zijn er verschillende bands geweest die tijdens optredens nummers van Earth and Fire speelden. Denk aan Make me Smile met Irma Schiffers, het project Invitation to the sound van Marieke Eelman en Symfo Classics met Edward Reekers en Cindy Oudshoorn. Recent brachten Nederpop All Stars & Loïs Lane zelfs hun versie van Love of Life uit.
Nu is er de tributeband Memories of Earth & Fire die de muziek van Earth and Fire levend wil houden. Ze spelen de grote hits aangevuld met album-nummers. En dat levert een gevarieerde set op.
Vorig jaar augustus maakte de groep rond zangeres Nina Verharen zijn debuut in de Markiezenhof in Bergen op Zoom, de woonplaats van Nina. Daarna speelde de tribute band in februari op Dordt Rocks in de Popcentrale in Dordrecht en begin maart in Buurthuis Keijenburg in Roosendaal. Bij alle drie de optredens was Hans Ziech van de partij.
Wil je op de hoogte blijven van optredens en toekomstige media-optredens van Memories of Earth & Fire? Volg dan hun facebookpagina.
Wat een mooi nieuws! Op 10 augustus 2023 ontving Jerney Kaagman op initiatief van journalist Martin Reitsma namens Boulevard of Music, een oeuvreprijs. Jan Akkerman reikte de award aan haar uit.
Jerney wordt met deze breedgedragen onderscheiding geëerd vanwege haar grote verdiensten voor de vaderlandse popmuziek. Vanaf eind jaren zestig was zij als zangeres bij Earth & Fire het boegbeeld en rolmodel voor een hele generatie jonge muziekliefhebbers die bijzonder genoten van de sound van Jerney en haar band.
Reitsma op Facebook: “Vanuit de Boulevard of Music heb ik het voorrecht gekregen dat alle grote popinstituten, ruim 75 bekende popmuzikanten, poppournalisten, Radio- en TV persoonlijkheden, de grote popbladen hun naam hebben willen verlenen aan deze Award voor Jerney Kaagman.”
Jerney was blij met de prijs: “Geweldig om dit nu mee te maken en ik ben heel blij met dit eerbetoon”, aldus een citaat uit een artikel in het AD.
Na haar actieve muziekcarrière heeft Jerney zich als belangenbehartiger voor de popmuzikanten in ons land met succes en onderscheidend ingezet voor hun rechtspositie. Vanuit haar leidende rol bij de BV Pop en Stichting Conamus – later Buma Cultuur – kreeg zij met succes belangrijke zaken op de politieke agenda zoals de Wet op de naburige rechten voor popmuzikanten. Ook was zij met veel elan werkzaam bij Radio Noordzee Nationaal. Jerney ontving in 2005 al de Lifetime Achievement award van de VNP.
Reitsma reikte de oeuvreprijs vorig jaar voor het eerst uit aan de broers Rob en Ferdi Bolland. “Deze Lifetime Achievement Award moet de komende jaren een begrip worden. Het is hoog tijd voor een eerbetoon aan de oude pophelden, er is immers naast de Popprijs en de Edison geen prijs voor bekende muzikanten en bands die een grote staat van dienst hebben en de afgelopen jaren geen nieuwe muziek hebben uitgebracht.”