Wat: ‘Invitation to the sound of Jerney Kaagman and Earth&Fire’
Waar: Barendrecht, theater ’t Kruispunt
Wanneer: 24 februari 2017
Sinds begin dit jaar trekt Marieke Eelman & band met de theaterrockshow ‘Invitation to the sound of Jerney Kaagman and Earth&Fire’ door Nederland. Afgelopen zomer zag ik de band voor het eerst bij hun eerste try-out voor deze productie, tijdens het buitenfestival ‘Terug naar Tiengemeten’ op het gelijknamige natuureiland in de Hoeksche Waard. Dat is letterlijk in mijn achtertuin, dus hoe blijer kan je een ‘diehard’ E&F-bewonderaar van het eerste uur maken? Met een biertje in de hand, onderuitgezakt op het glooiende Teletubbies grasveld (quote van Christel :-)), had ik mij voorgenomen me helemaal te laten onderdompelen in een bad vol muzikale herinneringen aan misschien wel Neerlands meest eigenzinnige en onbegrepen popband ooit, Earth and Fire.
Eigenzinnig, omdat de band – al dan niet gewild – bij een deel van de pers de reputatie had te pretentieuze muziek te maken en alleen concessies te doen wanneer het hen goed uitkwam. Zouden we tegenwoordig eigenzinnigheid niet bestempelen als een kwaliteit? En onbegrepen in de zin dat de band naast een hang naar uitgesponnen thematische muziek, commerciële hits scoorde; hetgeen het publiek – voor zover je kon spreken van één publiek – volgens diezelfde pers nog wel eens in verwarring zou hebben gebracht. Een beter te begrijpen dwaling bij het publiek achteraf zou zijn geweest de verscheidene bezettingswisselingen die de groep in haar bestaan heeft gekend en de daarmee gepaard gaande muzikale koerswijzigingen.
Bij de eerste klanken moest ik even in mijn arm knijpen… nee, je kijkt niet naar Jerney Kaagman en nee, de band op het podium is ook niet Earth and Fire. Maar als je 45 jaar na dato ‘live’ de eerste klanken uit de beginjaren van je oude lijfband hoort en je je realiseert dat het geen droom is, neem je jezelf meteen één ding voor: je gaat niet vergelijken met ‘vroegâh’, maar slechts in één psychedelische trip langs ‘memory lane’ volop genieten. En dat deed ik. Wat wil je ook als je nummers hoort als “Love Quiver” en “Lost forever”, songs waarvan ik mij niet eens kon herinneren dat deze werden gespeeld toen ik E&F voor het eerst ‘live’ zag in 1972.
De afgelopen jaarwisseling kon mij dan ook niet snel genoeg passeren, want Marieke en de mannen zouden immers op 8 januari de herberg op Tiengemeten opnieuw aandoen: ditmaal de eerste theater try-out, met authentiek beeldmateriaal, fluorescerende kleurendia’s en wat dies meer zij. Wederom had ik mij voorgenomen geheel kritiekloos van de eerste tot de laatste noot te gaan genieten en vanzelfsprekend al meerdere data in de kersverse agenda dik onderstreept: 14/1 Beauforthuis in Austerlitz, 20/1 Cultura in Ede, 3/2 De nieuwe Regentes in Den Haag (première), 18/2 De Veste in Delft en 24/2 ’t Kruispunt in Barendrecht en nog enkele optredens in het vooruitzicht. Waar ik er bij het eerste optreden nog vanuit ging dat ik er toch niet minder van uit m’n dak zou gaan (dat is overigens nog best lastig met vastzittende theaterstoelen…) als bij wijze van spreken een gitaarsnaar minder strak gespannen zou staan of dat er een toets van het Hammondorgel los zou zitten, ben ik gaande de reeks concerten ongemerkt toch anders gaan luisteren.
Ook theater ’t Kruispunt in Barendrecht was voor mij nagenoeg een thuiswedstrijd en ik ging er weer helemaal voor zitten. Het concert opende evenals voorgaande keren met “Theme from Atlantis”, gevolgd door de drie hits uit 1970, “Seasons”, “Ruby is het one” en “Wild and exciting”. “Love Quiver” was wederom een hoogtepunt; de uitvoering van dat nummer laat duidelijk horen en zien hoe de bandleden in relatief korte tijd muzikaal naar elkaar zijn toegegroeid. Bij “Storm and thunder” is niet alleen de lange instrumentale opening op orgel fenomenaal (groot compliment aan Daniël Zouitni!); de hele uitvoering ervan is grandioos. Maar wat zeggen superlatieven als je feitelijk bedoelt te zeggen dat je kippenvel krijgt, een brok in je keel hebt en vochtige ogen voelt. Dat is wat deze band bij mij teweegbrengt met hun gepassioneerde speelwijze; hoe zij liefde voor de muziek van E&F uit. De juiste timing om te durven experimenteren en elkaar de ruimte te geven om te soleren, is vooral te merken bij de steeds langer durende uitvoering van “Song of the marching children”. Dit nummer is voor mij verreweg het hoogtepunt van de avond. Met respect voor de originele compositie geeft de band er steeds meer een eigen kleur aan. Het geluid van de band wordt duidelijk hoorbaar vaker ‘dichtgesmeerd’ met klanken uit het hammondorgel, zoals Gerard Koerts zich vroeger ook wel eens kon uitleven op het podium. En Mathijs Duringhof zal zich vast steeds meer senang voelen bij deze uitvoering als hij op momenten helemaal los gaat met heerlijk rauw gitaarspel, terwijl Wilco Witte er heel knap een geheel eigen stuk baslijn aan heeft toegevoegd. Erik Rinsema op drums draagt het geheel naar een outro met een perfect er doorheen verweven uitvoering van “The March”. Geen moment eerder tijdens de toer heb ik de neiging gevoeld een vergelijking met vroeger te willen maken, maar tijdens deze uitvoering van “Song of the marching children” dringt een paar keer de gedachte aan mij op: ‘dit overstijgt de oorspronkelijke uitvoering…’. Wat een klasse! “How time flies” – een ode aan de drie overleden drummers van E&F – wordt zeer gedragen uitgevoerd; de uitvoering is naar een hoger level getild door het kleiner te brengen (gitaarspel en toetsen klinken subtieler) dan in het begin. Ook mooi is dat Marieke Eelman aan het einde een klein stukje neuriënde zang heeft aangebracht. “Lost forever” blijft een vet strak nummer, mooi met het eraan voorafgaand door Hans ingesproken gedicht dat aan de songtekst ten grondslag lag . “Invitation” nodigt uit tot staan en meezingen, maar we zitten in het theater, dus houden we ons nog even rustig. Mooie samenzang hierin tussen Marieke en Tim Treffers. “Memories” klinkt steeds beter. Ook hier gaan de credits naar Daniël Zouitni, die het met zijn virtuoze toetsenspel steeds beter voor elkaar krijgt het oorspronkelijk typisch dragende geluid van een mellotron te doen vergeten. De uitvoering van “Fanfare” klinkt nu ook voller dan in het begin en blijft een schitterend en verrassend nummer. “In the mountains” is een mooi markeringspunt in de show, waarin een ode wordt gebracht aan Jerney Kaagman. “Maybe tomorrow, maybe tomorrow” en “Love of life” zijn dijken van hits en zo worden ze ook gespeeld. Klasse! “Weekend” valt buiten de periode 1970-1975, maar ik begrijp natuurlijk dat dit liedje aan de show is toegevoegd. “Only time will tell” is tot slot een schitterende toegift, met aan het einde een mengelmoes van zweverige, spacey effecten vanaf het toetsenbord. Wow, dit plakje spacecake smaakt naar meer… 🙂 Een lange uitvoering van “Thanks for the love” (zoals E&F er vroeger live een funky uitvoering van speelde!) had ook Marieke & band beslist niet misstaan en had er voor mij nog wel achteraan gemogen.
De toer heeft jammer genoeg officieel nog vier optredens in het vooruitzicht: 23/3 De Purmaryn in Purmerend, 30/3 De Schalm in Veldhoven, 12 mei De Boerderij in Zoetermeer (ja ja, die is nét aan de speellijst toegevoegd!) en 2/6 Markant in Uden. Ga erheen als je nog niet bent gegaan; grijp deze laatste kans! En dan? Volgens mij staat hier gewoon al een nieuwe band; en nog wel een band met een eigen geluid. Dus ik gok op een clubtoer later in het jaar, met deels eigen geïmproviseerde variaties op E&F-materiaal, maar beslist ook rijp voor eigen materiaal.
Tot slot: ik ga het gezelschap in de theaters; van oude fans, oud-bandleden (met familie) tot aan roadies van weleer en de borrels na afloop met Marieke en de mannen nog missen. Des te meer reden om te blijven toeren Marieke, Wilco, Mathijs, Erik, Daniël en Tim! Bedankt voor deze geweldige hommage aan Jerney Kaagman & Earth and Fire. Dankzij jullie en natuurlijk Marieke als initiatiefnemer van deze theaterrockshow in het bijzonder, is er voor de liefhebber een onmisbare 10 CD-box verschenen en maakt de muziek van de band – 22 jaar na hun laatste openbare live optreden – een herwaardering door en wordt de urgentie van Earth and Fire in retrospectief, ook door de pers, omschreven als cultureel erfgoed van de Nederlandse popgeschiedenis.